Thamnophis sirtalis pickeringii, Puget Sound Kousebandslang (Baird and Girard, 1853)

Inleiding

Volwassen man van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Volwassen man van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Het westen van de Verenigde Staten is beroemd vanwege de vele kleurrijke ondersoorten van Thamnophis sirtalis die hier voorkomen, waaronder concinnus, infernalis en tetrataenia.

Thamnophis sirtalis pickeringii heeft jarenlang in de schaduw gestaan van deze 3 levendig gekleurde ondersoorten als zijnde een donkere, overwegend zwarte kousebandslang met 3 gele gekartelde lengtestrepen en een klein beetje rood op de flanken.

Dit veranderde op slag rond 2005 zodra het bekend werd dat er exemplaren of zelfs hele popoulaties van deze ondersoort bestonden met opvallende blauwe strepen. Vanaf dat moment stond de blauwe variant van de “Puget Sound” Kousebandslang hoog op de lijst van menig kousebandslangen liefhebber.

Lengte en lichaamsbouw van Thamnophis sirtalis pickeringii

Volwassen vrouw van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Volwassen vrouw van T.s.pickeringii (blauwe variant)

De maximale lengte van Thamnophis sirtalis (ondersoort mij niet bekend) is 137,2 cm (ROSSMAN ET ALL., 1996) maar dit is exceptioneel lang.

Volwassen mannen bereiken normaliter een lengte van 70 – 80 cm en ze zijn daarbij relatief slank van bouw.

Vrouwtjes worden veel langer en zwaarder en zijn meestal rond de 80 – 100 cm lang.

Beschrijving van de Puget Sound Kousebandslang

Volwassen vrouw van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Volwassen vrouw van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Volwassen vrouw van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Volwassen vrouw van T.s.pickeringii (blauwe variant)

De blauwe vorm van de Puget Sound Kousebandslang is overwegend zwart van kleur met 3 blauwe of blauwachtige lengtestrepen.
Met name de rugstreep kan erg dun zijn, soms slechts alleen op de middelste rij schubben waardoor de streep een wat golvend karakter krijgt.
Maar soms omvat de rugstreep ook de helft van beide aangrenzende schubbenrijen waardoor de rugstreep er juist heel strak uitziet.

Boven de zijstrepen bevinden zich soms blauwige of wittige vlekken, maar in sommige exemplaren zijn deze totaal afwezig.

Volwassen man van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Volwassen man van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Volwassen man van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Volwassen man van T.s.pickeringii (blauwe variant)

De supralabiaal schilden hebben normaliter ook een blauwe of wit-blauwe kleur. De buik kan licht gekleurd zijn (blauwgrijs) of compleet zwart zijn. Maar zoals gewoon in Thamnophis sirtalis is er veel variatie in kleur en tekening. En zelfs binnen de “blauwe variant” varieert de kleur blauw enorm, van diep blauw tot meer bleker blauw en soms neigt de blauwe kleur meer naar geel of groen. De wittige of blauwe vlekken op de flanken kunnen soms rood zijn.

In waarschijnlijk het overgrote deel van zijn verspreidingsgebied is T.s.pickeringii helemaal niet blauw en is het een zwarte slang met 3 gele lengtestrepen en met rode vlekjes op de flanken en wat beperkt rood op de kop.

Maar er zijn populaties in het wild waar alle slangen tot de “blauwe variant” behoren (persoonlijke observaties).

Terrarium voor Thamnophis sirtalis pickeringii

T.s.pickeringii (rode variant) tijdens de maaltijd in het buitenterraium (spiering)

T.s.pickeringii (rode variant) tijdens de maaltijd in het buitenterraium (spiering)

Puget Sound Kousebandslangen gedeien goed in een warm en droog terrarium met een relatief kleine waterbak.
Als minimum maat voor een paartje zou ik 80 x 50 x 50 cm aanhouden, hoewel een ruimere bak (zeg 150 x 50 x 50 cm) ze meer ruimte en een betere temperatuurgradient geeft.
Zorg voor een locale warme plek onder de spot van 32 – 34 °C en zorg dat het overdag in de koelste hoek van de bak niet warmer wordt dan 25 – 28 °C. Nachttemperaturen mogen, zeker in het voor en najaar, aanzienlijk zakken (tot wel 10 °C of zelfs lager), dat is geen probleem.

Ze hebben voor hun welzijn niet een hele grote waterbak nodig. De adulten liggen overdag vrijwel altijd goed in het zicht te zonnen op takken of op de grond op de warmste plek van de bak.

T.s.pickeringii (rode variant) volgegeten na de maaltijd in het buitenterraium

T.s.pickeringii (rode variant) volgegeten na de maaltijd in het buitenterraium

Het feit dat Puget Sound Kousebandslangen uit een gebied komen met relatief lange en koele winters en met vaak lange periods met regen en mist in het voorjaar en het najaar maakt dat ze erg geschikt zijn om in een buitenterrarium te houden in het Nederlandse klimaat.
In Nederland zijn met name het voor- en najaar wel natter, kouder en met minder instraling dan ze gewend zijn. Ik heb de gewone variant van T.s.pickeringii (met gele strepen en rode vlekjes) jarenlang probleemloos gehouden in mijn buitenterrarium.

Het zijn normaliter makkelijke eters. Ik geef ze overwegend vis (spiering), met uitzondering van sommige exemplaren die weigeren vis te eten. In de natuur voeden ze zich waarschijnlijk meer met wormen en amfibien en dus krijgen degenen die geen vis accepteren een mengsel van wormen en nestmuizen.

De pasgeboren babies probeer ik aan het eten te krijgen met stukjes worm gemengd met stukjes pinky of met levende visjes (guppen).
Zowel de volwassen exemplaren als de pasgeboren babies van T.s.pickeringii krijgen ‘s winters een winterrust in een koelkast of mijn koude schuur bij temperaturen tussen de 0 – 7 ºC; 6 weken voor de juvenielen en tot zo’n 3 – 4 maanden voor de volwassen dieren.

Verspreiding en habitat van Thamnophis sirtalis pickeringii

T.s.pickeringii (rode variant) parend in mijn buitenterarium

T.s.pickeringii (rode variant) parend in mijn buitenterarium

De Puget Sound Kousebandslang komt voor aan westkust van het Noordamerikaanse continent van het Noordwesten van Washington (VS) tot in het Zuidwesten van British Columbia (CA) inclusief Vancouvereiland.
In British Columbia heb ik T.s.pickeringii in verschillende habitats aangetroffen. Hier hadden ze allemaal gele strepen en ze hadden allemaal rode vlekjes op de flanken en wat rode tinten op de kop.

T.s.pickeringii (blauwe variant) zonnend in het wild in Washington (midden van september)

T.s.pickeringii (blauwe variant) zonnend in het wild in Washington (midden van september)

Eén van deze habitats waren kustduinen met een zandige bodem en met moerasachtige gebiedjes ten zuiden van Vancouver.
Hier deelden ze het habitat met T. ordinoides en T.elegans vagrans. Ze leven hier op ongeveer 50 – 100 meter van de Pacifische oceaan.

Habitat van T.s.pickeringii (blauwe variant) in Washington (midden van september)

Habitat van T.s.pickeringii (blauwe variant) in Washington (midden van september)

Een tweede habitat in British Columbia was ook een laaggelegen gebied in een rivier delta.
Het betrof een open met gras begroeid gebied in een bos waar een kleine rivier doorheen kronkelde. In hetzelfde habitat kwam ook T.ordinoides voor.


De blauwe variant van T.s.pickeringii heb ik persoonlijk alleen waargenomen in Washington, VS in het gebied wat luistert naar de engelse naam “Puget Sound”. Hier kwamen ze voor in een open met gras begroeid gebied in een rivierdelta vlak bij de oceaan.

T.s.pickeringii (blauwe variant) zonnend in het wild in Washington (midden van september)

T.s.pickeringii (blauwe variant) zonnend in het wild in Washington (midden van september)

Het was midden in september en ik kon de Puget Sound Kousebandslang waarschijnlijk in relatief hoge dichtheden vinden omdat ze zich verzameld hadden vlakbij geschikte overwinteringsplekken. Alle T.s.pickeringii hadden de zwart met blauwe tekening typisch voor de blauwe variant, en vele van de T.ordinoides die in hetzelfde habitat voorkwamen hadden een overeenkomstige zwart met blauwe tekening. Ze lagen te zonnen op de zuidhelling van een kleine dijk omgeven door moerasachtige gebiedjes.

Habitat van T.s.pickeringii (blauwe variant) in Washington (midden van september)

Habitat van T.s.pickeringii (blauwe variant) in Washington (midden van september)

Een ander habitat in het Puget Sound gebied waar ik zowel T.s.pickeringii (blauwe variant) als T.ordinoides en T.e.vagrans heb aangetroffen ligt verschillende kilometers van de ocean verwijderd. Het is een heuvelachtig gebied met afwisselend bos en open plekken, en ik heb ze aangetroffen op zo’n open met grassen en lage struikjes begroeide plek rondom een klein beekje.

Het beekje was al grotendeels opgedroogd in het midden van september maar er sprongen nog wel wat kleine boomkikkertjes rond. T.s.pickeringii vond ik op de hoger gelegen, drogere en goed door de zon beschenen plekken waar ze maximaal konden zonnen.

Deze populatie was meer zeegroen dan echt blauw, maar geen van de dieren hadden rode vlekken.

Caresheet

De richtlijnen voor verzorging en kweek in gevangenschap zoals ik deze heb beschreven in mijn artikel over T.a.atratus (Bol, 2007) zijn ook grotendeels van toepassing voor T.s.pickeringii.

Eén van mijn volwassen mannen van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Eén van mijn volwassen mannen van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Eén van mijn volwassen vrouwen van T.s.pickeringii (blauwe variant)

Eén van mijn volwassen vrouwen van T.s.pickeringii (blauwe variant)


Een groot verschil
is de lange winterrust van de veel noordelijker levende Puget Sound Kousebandslang. T.s.pickeringii is aangepast aan relatief lange en natte winters.

Kweek groep

Mijn kweekgroep bestaat uit (nakweek van) 4 kompleet onverwante wildvangdieren.
Ze zijn allemaal typische vertegenwoordigers van de “blauwe variant”.
Ze zijn onverwant aan de meeste kweekgroepen die bij andere Europese (voornamelijk Duitse en Nederlandse) liefhebbers zitten.

Nakweek T.s.pickeringii

Nakweek T.s.pickeringii

Nakweek T.s.pickeringii na de maaltijd (maand oud)

Nakweek T.s.pickeringii na de maaltijd (maand oud)

Literatuur:
Bol, S., 2007. Verzorging en kweek van de Santa Cruz Kousebandslang Thamnophis atratus atratus. Lacerta 65(5): 200-217.
ROSSMAN, D.A., N.B.FORD & R.A.SIEGEL, 1996. The Garter Snakes. Evolution and ecology. University of Oklahoma Press, Norman.

Search on Yahoo Images, etc...Search on Wikipedia Search on Google Scholar Search on Flickr